3
views
0
recommends
+1 Recommend
1 collections
    0
    shares
      • Record: found
      • Abstract: found
      • Article: not found

      Rechten & plichten

      research-article
      ,
      GZ - Psychologie
      Bohn Stafleu van Loghum

      Read this article at

      ScienceOpenPublisherPMC
      Bookmark
          There is no author summary for this article yet. Authors can add summaries to their articles on ScienceOpen to make them more accessible to a non-specialist audience.

          Abstract

          Gevolgen van het zorgprestatiemodel Hoogstwaarschijnlijk zal het zorgprestatiemodel vanaf 1 januari 2022 in werking treden. De DBC-systematiek zal dan plaatsmaken voor een andere productstructuur. De gevolgen hiervan zullen op korte termijn al merkbaar zijn. Op dit moment wordt er in de geestelijke gezondheidszorg gewerkt met DBC's met een lange looptijd, waarbij de startdatum van de DBC bepalend is voor tal van factoren, zoals de toerekening van de omzet aan het jaar waarin de DBC is geopend. In de overeenkomsten die zorgverzekeraars met de zorgaanbieders sluiten, zijn verschillende afspraken opgenomen die uitgaan van de huidige DBC-structuur. Denk aan het omzetplafond en aan de afspraken over een gemiddelde prijs per individuele verzekerde. Dergelijke afspraken zijn - zoals bekend - inmiddels gemeengoed geworden in de ggz. Wees extra alert Met de invoering van het zorgprestatiemodel zouden zorgaanbieders extra alert moeten zijn op de contractering, gezien de wijziging in de bekostigingssystematiek en de (voorgenomen) harde sluitingsdatum van DBC-trajecten op 31 december 2021. Voor trajecten die in 2021 zijn gestart en in 2021 worden afgesloten, geldt dat de omzet gewoon wordt toegerekend aan 2021. Maar voor zorgtrajecten die normaal gesproken zouden doorlopen in het daarop volgende jaar, is dat voor 2021-2022 niet meer het geval. Hierdoor vindt er een verschuiving plaats in de contractvariabelen (parameters) waar praktijken rekening mee moeten houden. Door de harde sluitingsdatum zal veel van de omzet voor DBC's met beginjaar 2021 niet langer aan 2021 worden toegerekend. Naar verwachting leidt dit tot een lagere omzet voor 2021. Onduidelijk is nog of, en zo ja hoe, verzekeraars hier de afspraken op zullen aanpassen. Kortere zorgtrajecten Dankzij de invoering van de minutensystematiek zal er ook sprake zijn van kortere- en daarmee goedkopere trajecten. Trajecten die anders een looptijd zouden hebben van 1 jaar, en die gestart zijn op 1 juli, zullen nu na een half jaar moeten worden afgesloten; en deze worden (vermoedelijk) afgerekend tegen de waarde van een halfjarig traject. Dit kan leiden tot een lagere gemiddelde prijs per unieke verzekerde. Deze effecten zullen optreden in 2021 en worden derhalve mogelijk ook verdisconteerd in de contractering voor 2021. Kortom, het zorgprestatiemodel werpt zijn schaduw vooruit. Wat hiervan de precieze effecten zullen zijn, is nog onbekend. Een reële inschatting maken, is lastig. Met alle onzekerheden rondom Covid-19 en de compensatiemaatregelen is in elk geval duidelijk dat we alert moeten zijn op de contractering voor 2021. Zorgaanbieders moeten ervoor waken om afspraken te maken waar ze achteraf - door gewijzigde condities - niet aan kunnen voldoen. Als er een overeenkomst wordt gesloten onder condities die in de praktijk niet worden waargemaakt, bestaat er namelijk een gerede kans dat zorgaanbieders daarop worden afgerekend. Karik van Berloo is advocaat bij Eldermans|Geerts advocaten in de zorg Kijk niet zonder toestemming in een dossier Wanneer in de zorg iets verkeerd is gegaan, is het goed om dit met een collega te bespreken. Maar hou het gesprek informeel, zo leren we van het Centraal Tuchtcollege. Een 47-jarige vrouw gebruikt lithium en een MAO-remmer, twee geneesmiddelen die in een te hoge dosering gevaarlijke bijwerkingen kunnen hebben. Ze ontwikkelt lichamelijke klachten, waarbij haar behandelend psychiater denkt aan een lithiumintoxicatie, maar hij acht dit onwaarschijnlijk. Uiteindelijk belandt zij op de intensive care en blijkt er sprake van een overdosering van de MAO-remmer. De vrouw dient een tuchtklacht in tegen haar behandelend psychiater. De psychiater besprak de casus na met een collega, die daarop zonder toestemming van de patiënte haar medisch dossier bestudeerde en een gespreksverslag schreef over het gevoerde overleg. Dit verslag had een formele opzet: het was gedateerd, met formeel taalgebruik. Vervolgens werd het verslag afgedrukt op briefpapier van de instelling waar beide psychiaters werken en door deze collega ondertekend. Zonder dat zijn collega hiervan op de hoogte was, bracht de psychiater het gespreksverslag in als processtuk bij de tuchtprocedure die tegen hem liep. Toen de klaagster hier hoogte van kreeg, diende zij ook een tuchtklacht in tegen de collega die het gesprekverslag had geschreven, omdat hij een 'onzorgvuldige, subjectieve en onwaarachtige verklaring', zou hebben opgesteld. Berisping Het Regionaal Tuchtcollege verklaarde de klacht gegrond. Dit omdat volgens het tuchtcollege 'de bewoordingen van het verslag er niet op wijzen dat het alleen als interne feedback was bedoeld'. En aan een verslag dat ook een 'externe werking' heeft, mogen hogere zorgvuldigheidseisen worden gesteld, zo vervolgde het college. En daaraan voldeed het verslag niet, zo erkende de collega-psychiater ook zelf. Omdat de collega vooraf wel had kunnen bedenken dat het verslag in de tuchtprocedure zou worden ingebracht, en omdat hij zonder diens toestemming in het medisch dossier van de klaagster had gekeken, legde het Regionaal Tuchtcollege hem een berisping op. Belangrijke les Volgens het Centraal Tuchtcollege voldeed het gespreksverslag weliswaar niet aan de vereisten die gesteld mogen worden aan een deskundigenbericht met externe werking, maar kon de psychiater niet weten dat het verslag zou worden meegenomen in de tuchtprocedure. Omdat hij inzag dat hij onjuist had gehandeld, werd de berisping omgezet in een waarschuwing. Wat kunnen we hiervan leren voor de praktijk? Allereerst dat psychiaters natuurlijk niet zonder toestemming van de patiënt in zijn dossier mogen kijken. En ten tweede: dat het weliswaar verstandig is om zaken na te bespreken met collega's, maar om daarbij zeer terughoudend te zijn met het opstellen van formele verklaringen. Doe dit bij voorkeur niet voor naaste collega's, en neem altijd de kwaliteitsstandaarden van de beroepsorganisatie in acht. Bron: Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg, 3 maart 2020 Diederik de Rooy is psychiater en jurist. Hij is verbonden aan het Leids Universitair Medisch Centrum en aan Transparant in Leiden

          Related collections

          Author and article information

          Contributors
          Gz-psychologie@bsl.nl
          Gz-psychologie@bsl.nl
          Journal
          GZ - Psychologie
          GZ - Psychologie
          Bohn Stafleu van Loghum (Houten )
          1879-5080
          1879-5099
          19 December 2020
          2020
          : 12
          : 6
          : 34-35
          Affiliations
          GRID grid.469905.7, ISNI 0000 0004 0412 596X, Bohn Stafleu van Loghum, ; Houten, Netherlands
          Article
          780
          10.1007/s41480-020-0780-1
          7727452
          00e5d7db-d416-45df-8eb3-74ea95fd5d2b
          © Bohn Stafleu van Loghum is een imprint van Springer Media B.V., onderdeel van Springer Nature 2020

          This article is made available via the PMC Open Access Subset for unrestricted research re-use and secondary analysis in any form or by any means with acknowledgement of the original source. These permissions are granted for the duration of the World Health Organization (WHO) declaration of COVID-19 as a global pandemic.

          History
          Categories
          Rechten En Plichten
          Custom metadata
          © Bohn Stafleu van Loghum is een imprint van Springer Media B.V., onderdeel van Springer Nature 2020

          Comments

          Comment on this article